Ik hou van mijn streek Charleroi. In Charleroi, en in Henegouwen in het algemeen, kunnen we veel bergen zien. Deze bergen worden “slakkenbergen” genoemd. Dat landschap is niet natuurlijk, maar het is een kenmerk van een tijd die voorbij is. Ik zal jullie eens deze aanblik van mijn streek voorstellen.

In de vorige eeuw gebruikten de bedrijven veel kool om de machines van energie te voorzien. En de ondergrond van Charleroi is bijzonder verzadigd met kool. Wanner ik bijvoorbeeld in Marcinelle wandel, kan ik een steenkoolmijn bezoeken. Het is de beruchte site “Le Bois du Cazier”, waar ik al drie keer naartoe ben gegaan.

 Vroeger waren er veel steenkoolmijnen en veel mannen werkten in de mijnen om met het secundair onderwijs te kunnen stoppen. Maar het werk in de mijnen was zo gevaarlijk dat de Belgen niet meer naar in de mijnschacht wilden afdalen. Ondertussen kende Italië een grote werkloosheid en veel Italianen zijn dus naar België gekomen om in onze steenkoolwinning te werken.

“Le Bois du Cazier” is berucht omdat er daar op 8 augustus 1956 een ramp is geweest. Meer dan 260 mijnwerkers zijn gestorven, van wie meer dan 130 Italianen. We kunnen een interessant bezoek brengen aan die steenkoolmijn. Ik ken nog een andere, boeiende plaats: “Blegny-Mine”, gelegen tussen Liège en Maastricht, waar ik alle steenkoolmijnen van heb bezocht.

 

 

 

 

 

Source image 1 : https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/4/4c/Nouvelle_charte_graphique_de_Charleroi.jpg

Attribution : Pam & Jenny, CC BY-SA 4.0 <https://creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0>, via Wikimedia Commons

Source image 2 : File URL : https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/e/ec/Bois_du_cazier.JPG

Crédit à l’auteur : Danielle Bizjak [CC BY-SA 3.0 (https://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0)]

Auteur : Aurélien, Aiseau-Presles, 22, FR, 2015

Âge : 22 ans